Franse taalvaardigheid assessment

Assessment

Wat is het?

De assessment Franse taalvaardigheid beoordeelt de kennis van een kandidaat op het gebied van lezen, schrijven, luisteren en spreken in het Frans. Dit assessment behandelt onderwerpen zoals grammatica, woordenschat, zinsstructuur en tekstbegrip. Het zorgt ervoor dat kandidaten zowel over basis- als gevorderde taalkundige vaardigheden beschikken. Door middel van 20 getimede, progressief uitdagende vragen fungeert het als een vroege knock-outcriterium voor functies waarbij beheersing van de Franse taal vereist is, zoals klantenservice, zakelijke communicatie en vertaling.

‍

Hoe het werkt

De assessment Franse taalvaardigheid begint met fundamentele taalkundige concepten en gaat verder naar meer geavanceerde begrips- en communicatieve vaardigheden. In een 20-vragen format ziet dit er als volgt uit:

  • Basisniveau: vragen toetsen kennis van veelgebruikte zinnen, werkwoordvervoegingen en zinsopbouw.
  • Gemiddeld niveau: vragen richten zich op tekstbegrip, grammaticale regels en contextuele woordenschat.
  • Geavanceerd niveau: de vragen toetsen kennis van tekstanalyse, idiomatisch begrip en grammaticale nauwkeurigheid.

De test is getimed, wat vereist dat kandidaten efficiëntie en nauwkeurigheid tonen in realistische taalgebruikscenario’s waarin helderheid en begrip cruciaal zijn.

Resultaten en voordelen

De resultaten van de assessment Franse taalvaardigheid geven werkgevers een helder inzicht in de taalvaardigheden van een kandidaat. Hoog presterende kandidaten tonen een sterke taalkundige beheersing, waardoor alleen gekwalificeerde individuen doorstromen in het selectieproces. Dit verbetert de wervingsbeslissingen en versterkt de communicatie in meertalige omgevingen.

‍

Wanneer te gebruiken

De assessment Franse taalvaardigheid is het meest geschikt voor gebruik in een vroeg stadium van het wervingsproces, bijvoorbeeld voor functies in klantenservice, vertaling en internationale handel. Door deze test als knock-outcriterium te hanteren, kunnen werkgevers ervoor zorgen dat alleen kandidaten met sterke Franse taalvaardigheden doorgaan. Dit assessment is met name waardevol in sectoren zoals toerisme, financiën en internationale handel, waar meertalige communicatie essentieel is.

‍

Voorbeeld

Basisniveau: Wat is de correcte vertaling van "Goedemorgen" in het Frans?

a) Bonsoir
b) Bonjour
c) Bonne nuit
d) Salut

Welke van de volgende zinnen is grammaticaal correct in het Frans?

a) Je suis un professeur.
b) Il as un chat.
c) Elle va à la école.
d) Nous mange une pomme.

Gemiddeld niveau: Welk lidwoord past correct bij het zelfstandig naamwoord "table" (tafel) in het Frans?

a) Le
b) La
c) Les
d) L’

Wat is de juiste verleden tijdsvorm van het werkwoord "aller" (gaan) in het Frans?

a) Va
b) Allé
c) Allait
d) Allions

Geavanceerd niveau: Welke van de volgende Franse uitdrukkingen is een idiomatische uitdrukking?

a) Ce n’est pas ma tasse de thé.
b) Il pleut des chats et des chiens.
c) Laissez-moi tranquille.
d) Je n’ai pas le temps.

Welke naamval wordt gebruikt om bezit uit te drukken in het Frans?

a) Nominatief
b) Accusatief
c) Genitief
d) Datief